Rijke historie

Ergens tussen 1800 en 1850 was het rondom het esdorp Schipborg één en al heideveld. Vanuit het veen rond Bakkeveen kwam een familie naar Schipborg op zoek naar een nieuw bestaan. In het donker werd een plaggenhut opgezet en bij het krieken van de dag kringelde er rook uit een gat in het dak. De familie Glas had zich gevestigd.

De plaggenhut werd een keuterboerderij en later een gemengd boerenbedrijf. Beetje bij beetje werd er een nieuw stukje land (heideveld) ontgonnen en ontstond er een boerderij. Niet alles was te ontginnen; er beleven stukken heideveld liggen.

Direct na de 1^ste wereldoorlog (1919) was daar opeens het begin van de recreatie. Boer Jan Glas (geb. 1874) had nog wel een stukje heideveld waar een tenthuisje kon worden neergezet. In de schuur ‘kampeerden’ families op stro en door de padvinders werden al Pinksterkampen gehouden. Daarmee is het kamperen op camping de Vledders begonnen.

In de jaren 50 ging de ontwikkeling in de recreatie snel. Het kamperen werd populair en de toename van het aantal auto’s droeg daaraan bij. Voor Boer Berend Glas (geb. 1916, 2^de generatie) werd het een belangrijke extra tak op het bedrijf: rond 1965 stonden er zo’n 80 kampeermiddelen.

Het boerenbedrijf had geen toekomst meer. Voor Jan Glas (geb. 1945, 3^de generatie) reden om 1980 van het boerderijlandgoed een kampeerterrein te maken met moderne gebouwen (receptie, sanitair en animatieruimte). Er ontstond een natuurlijk terrein met alle basisvoorzieningen in een prachtige omgeving (het Nationaal Park Drentsche Aa).